Bloemen (2)

10 redenen waarom de resultaten van een (onafhankelijk) onderzoek niet deugen

Gemeenten en (semi-)overheden voeren geregeld onderzoek uit. Dat moet tot inzicht leiden of het brengt mogelijke scenario’s in kaart. De resultaten van een scenariostudie kunnen een al bestaand beeld bevestigen of juist ontkrachten. En daarnaast: onderzoeksresultaten zijn soms duidelijk in het nadeel van een groep met bepaalde belangen. De redenen die dan aangehaald worden waarom het onderzoek niet zou deugen, zijn soms terecht. We zetten er tien op een rij.

1.    Onafhankelijk of niet?

De onafhankelijkheid van het onderzoeksbureau of de onderzoeker staat ter discussie. Immers: wie betaalt, die bepaalt. De relatie tussen opdrachtgever en onderzoeker kan dusdanig zijn, dat deze al minder objectief wordt geacht.

2.    Zorgvuldigheid

De zorgvuldigheid van het proces (en de ingezette middelen tijdens het onderzoek) worden betwist. Is iedere belanghebbende wel betrokken? Was de kwaliteit van een ingezette enquête wel voldoende? Werden bepaalde vragen niet als sturend ervaren?

3.    Perspectieven niet helder

De perspectieven van waaruit het onderzoek plaatsvindt, lopen door elkaar. Een valkuil bij ieder onderzoek: de perspectieven zijn niet helder. Deze moeten goed te onderscheiden zijn. Dus: vanuit welk oogpunt vindt het plaats? Welke doelgroepen en belangen zijn er? Of is er een gezamenlijk perspectief? Ook kan er sprake zijn van een vermenging met andere ‘dossiers’, waardoor die de onderzoeksresultaten vertroebelen. 

4.    Volwaardigheid

De keuzemogelijkheden, alternatieven of scenario’s die in het onderzoek zijn beschreven, worden als niet-volwaardig bestempeld. Deze moeten realistisch gezien mogelijk zijn. Bij volwaardigheid gaat het dus om wat er wettelijk, technisch en praktisch haalbaar is.

5.    Criteria niet helder

De criteria of argumenten die worden aangevoerd in het onderzoek zijn niet compleet of niet concreet genoeg uitgewerkt. Stel: zichtbaarheid is een belangrijk criterium bij een nieuwe locatie. Maar wat wordt verstaan onder zichtbaarheid? Zichtbaarheid in de winkelstraat of als je het dorp binnenrijdt?

6.    Onderscheidend vermogen

De keuzemogelijkheden, alternatieven of scenario’s zijn niet onderscheidend genoeg van elkaar. Daardoor is het moeilijk kiezen, bijvoorbeeld als het om de effecten of risico’s gaat.

7.    Hoe wordt er gemeten?

De manier waarop de keuzemogelijkheden, alternatieven of scenario’s worden beoordeeld, levert een verschil van inzicht op. Er is verschil van inzicht over hoe de criteria worden beoordeeld. Of de gekozen meetschaal staat ter discussie; het verwijt van schijnexactheid ligt dan ook op de loer.

8.    Wat weegt het zwaarst?

De gewichten of de wegingsfactoren die worden gebruikt, blijken achteraf verschillend. Het gewicht van criterium ‘cultuurhistorie’ kan voor de ene partij hoger zijn dan voor de andere. Ook het aanpassen van wegingsfactoren tijdens het onderzoek kan de onafhankelijkheid van het onderzoek in twijfel doen trekken. 

9.    Manier van concluderen

De manier waarop de conclusie over een gewenste richting of voorkeursscenario (en de onderbouwing) tot stand is gekomen, wordt ter discussie gesteld. Het eerste punt van onafhankelijkheid is hier van grote invloed.

10.    Wie beslist?

Er is onduidelijkheid over wie de keuze maakt voor een voorkeursscenario en de besluitvorming hierover. Zeker wanneer onderzoeksresultaten worden gepresenteerd, kan de vraag rijzen of er wel op de juiste tafel over wordt besloten.

Hoe kan het anders?
Wantrouwen rondom een onderzoek is heel vervelend. Het draagvlak neemt af en goede besluitvorming wordt bemoeilijkt, en dat terwijl het onderzoek het proces juist moest bespoedigen. Maar al deze redenen tot wantrouwen kunnen voorkomen worden. Bijvoorbeeld door bij het onderzoek van A tot Z vaste processtappen te nemen. Simester ontwikkelde een stappenplan dat voor elke scenariostudie te hanteren is. Kijk voor meer informatie op www.scenariostudie.nl.

simester-0008
189